Persbericht

Niet-bewerkte voeding en huismerken goedkoper in België dan in de buurlanden

Niet-bewerkte voeding en huismerken goedkoper in België dan in de buurlanden

Minister van Economie Pierre-Yves Dermagne verzocht het Prijzenobservatorium in 2022 om een studie te doen naar de prijsverschillen in voeding tussen België en de buurlanden. 

 

Pierre-Yves Dermagne wil zo de oorzaken blootleggen van prijsverschillen in de supermarkten, onder de druk van een context met inflatie en opeenvolgende crisissen.

 

Uit de studie kunnen enkele belangrijke conclusies worden getrokken: onbewerkte producten en producten van huismerken zijn goedkoper in België dan in Frankrijk, Nederland of Duitsland. Voor merkproducten echter is de situatie omgekeerd.

 

Laagste prijs voor niet-bewerkte levensmiddelen: fruit, groenten, vis en vlees 
 

“Het rapport bevat positieve elementen. Alle groente en fruit in de winkelrekken hier bleek gemiddeld goedkoper dan in onze buurlanden. Meer dan 17% goedkoper dan in Frankrijk, en 12% in vergelijking met Duitsland”, licht minister van Economie Pierre-Yves Dermagne toe.  

 

Vlees was in 2022 in België goedkoper dan in Frankrijk en Duitsland, maar duurder dan in Nederland, ook al nam het prijsverschil af.

 

Huismerken en witte producten goedkoper in België


De verkoop van deze huismerkproducten is de afgelopen 20 jaar sterk toegenomen in België (+27,8% tussen 2000 en 2022). 


“De vergelijking van de prijzen van de goedkoopste producten met de buurlanden toont duidelijk aan dat in België huismerkproducten gemiddeld het goedkoopst zijn”, zegt Pierre-Yves Dermagne. 


59,7% van de geanalyseerde producten zijn goedkoper in België dan in Frankrijk. In vergelijking met Nederland en Duitsland stijgt dit cijfer tot respectievelijk 78,2% en 62,2% voor de onderzochte producten.


“Een winkelkar met enkel huismerken kost in België ongeveer 15% minder dan in Frankrijk, ongeveer 25% minder dan in Duitsland en ongeveer 40% minder dan in Nederland”, voegt minister Dermagne toe. 


 


 

Merkproducten duurder in België

 

In tegenstelling tot huismerken liggen de prijzen voor merkproducten in België hoger dan in onze buurlanden. 
 

Voor een merkproduct telden Belgische consumenten in 2022 gemiddeld 13,4% meer neer dan hun Duitse buren, 9,9% meer dan hun Nederlandse buren en 6,6% meer dan hun Franse buren.
 

Maar nota bene: tussen het vierde kwartaal van 2021 en het vierde kwartaal van 2022, een periode van sterke prijsstijgingen, stabiliseerde de prijskloof met de buurlanden en voor verwerkte voedingsproducten daalde de prijskloof met Frankrijk zelfs met 1,5 procentpunt.
 

Conclusies

 

Tussen 2016 en 2022 stegen de prijzen van voedingsproducten en niet-alcoholische dranken in België net als in onze 3 buurlanden (Frankrijk, Duitsland en Nederland). 
 

“De stijging was het meest uitgesproken bij onze buren: +26,4% in Duitsland en +21,2% in Nederland. In Frankrijk bleef met +16,3% de prijsstijging van voedingsmiddelen in de winkels beter onder controle. In België waren de prijzen het meest stabiel, met +15,3%”, licht de minister van Economie toe. 
 

Hoe valt het dan te verklaren dat Belgische consumenten al maanden de indruk hebben dat de prijs van hun winkelkar de pan uit rijst? 
 

In 2022 stegen de prijzen in de supermarkt met gemiddeld 9%. De stijging zette zich door in 2023, alvorens zich op een hoog niveau te stabiliseren. Ook hier deed België het echter beter dan Duitsland (+12,6%) of Nederland (+10,7%).
 

Oplossingen 

 

De studie wijst erop dat de toename van de concurrentie een belangrijke rol heeft gespeeld in het verkleinen van de marges in de distributiesector en het wegwerken van een groot deel van het prijsverschil voor de consument. 

 

“Tijdens deze legislatuur zijn de middelen onze concurrentiewaakhond, de BMA, verhoogd om het aantal onderzoekers en de slagkracht te verhogen. Op de ingeslagen weg moeten we verdergaan, en analyseren hoe de concurrentie nog meer kan worden gestimuleerd voor merkproducten, die in België te duur blijken”, zegt Pierre-Yves Dermagne.

 

Een belangrijk aandachtpunt zijn de prijzen die supermarkten aan fabrikanten betalen. Met territoriale leveringsbeperkingen en aanverwante strategieën segmenteren producenten van merkproducten hun aanbod kunstmatig en drijven ze de prijs op. Gezien dit ongeveer 75% bedraagt van de totale kosten van supermarkten, gaat het om een belangrijke hefboom.

 

“We zouden moeten in staat zijn om de prijzen te drukken die supermarkten aan fabrikanten betalen. Vooral kleine landen zoals België, met een zwakke onderhandelingspositie, worden het slachtoffer van de markmacht die producenten misbruiken om hun marges te verhogen. Dit komt tijdens het Belgische EU-voorzitterschap op de agenda”, kondigt de minister van Economie aan.

 

De kwestie komt op de agenda van het EU-voorzitterschap omdat het veel kleinere Europese landen grote zorgen baart. De ontwikkeling van inkoopgroepen met een Europees geografisch bereik kan een deel van de oplossing vormen en moet worden ondersteund.

 

Tot slot moet de consument beseffen dat hij een zekere macht heeft om druk uit te oefenen. 

 

“Met deze studie belichten we duidelijk dat niet-bewerkte levensmiddelen, huismerken en witte producten in België aan concurrentiële prijzen worden aangeboden en merkproducten niet. Geïnformeerde en actieve consumenten kunnen de concurrentie aanwakkeren. Als ze in het vervolg bepaalde producten links laat liggen, zal dit druk op de producenten verhogen om hun prijs te verlagen”, besluit minister Dermagne.